De laatste weken hoor je steeds vaker dat de Franse luchtvaartmaatschappij KLM behoort tot de vitale infrastructuur. Het lijkt heel gewoon te worden en de journalistiek herhaalt die term, in dit verband, regelmatig. Maar is dat Franse bedrijf wel een infrastructuur?
Ik maak nu een vergelijking met het wegverkeer en de scheepvaart. We hebben vaarwegen en (snel-) wegen. Daarover varen de schepen en rijdt alles met wielen. Dat is de infrastructuur. En toch noemen we touringcarbedrijven en veerdiensten geen infrastructuur. We noemen ze transporteurs, rederijen en openbaar vervoer bedrijven. En dat doen we omdat in principe het niet uitmaakt welk bedrijf de transporten verzorgt en dus de infrastructuur gebruikt.
Naar mijn mening is het weer een politieke truc om een zwaar verlieslijdend Frans bedrijf met miljarden te kunnen steunen. Als je het infrastructuur noemt is het opeens belangrijker. Maar het is gewoon onjuist. KLM is gewoon een transporteur, net zoals Corendon en busbedrijf Leo Ringelberg. Het “stationsgebouw” en de slots op de luchthavens zijn de infrastructuur.
Er is eigenlijk helemaal geen reden om KLM te steunen. Als KLM verdwijnt zijn de slots er nog steeds en gaat de werkgelegenheid grotendeels over naar andere transporteurs. Toen BOVO Tours failliet ging gingen ook niet alle snelwegen dicht. Welnee……. Anderen namen de reizigers over en reden over dezelfde snelwegen door. Rederij HanJin staat op omvallen. Gaat nu het Noordzeekanaal of de Nieuwe Waterweg dicht? Tuurlijk niet. De infrastructuur blijft, de transporteurs veranderen. Zo gaat dat in een vrije markt, die zo graag wordt gepropageerd door de bedrijven zelf (maar nu even niet).
Dus als u weer hoort dat het Franse KLM vitale infrastructuur is denk dan, ook als verslaggever: ècht niet……
Verschenen bij Joop van BNNVARA & Schipholwatch