Al langere tijd is er groot verzet tegen de uitbreidingsplannen van de Schipholgroep. Men wil groeien en groeien. Is het niet linksom dan maar rechtsom. Ondanks alle retorische trucjes van Dick Benschop, nieuwe baas van de Schipholgroep, lukt het niet meer om mensen te overtuigen. Misschien dan nog wel die politici die toch al niks geven om de leefomgeving. Waar zit eigenlijk de fout in het denken aldaar?
Op dit moment lijkt het erop dat de luchtvaartindustrie vindt dat het luchtruim van hen is. Mensen die vreselijk veel last hebben van lawaai, fijnstof en roet moeten niet zo zeuren. Dat is een redenering die post heeft gevat in Den Haag, na jarenlange verspreiding van halve waarheden en trucjes met rekenmethodes. Voormalig Minister Winsemius noemde het Schiphollen.
Dat denken moet om! Het luchtruim is van de mensen, dieren en planten. De luchtvaartindustrie is daar een indringer en vervuiler. Maar op een of andere manier beseft men dat niet voldoende bij de overheden. Ondanks alle tegengeluiden en bezwaren van mensen probeert de luchtvaartindustrie zijn zin door te drijven, vaak gesteund door politici, ambtenaren en diensten die niet handhaven en rommelen met berekeningen.
Men gebruikt bijvoorbeeld een argumenten als “ontlasting van Schiphol”, als men weer eens pleit voor overplaatsing van vliegverkeer naar andere plekken in Nederland. Dat is echt een onwaarheid van de bovenste plank. Schiphol wordt niet ontlast. Het betekent niets meer en minder dan nog veel meer overlast in Nederland. Op de plekken waar vliegverkeer wordt overgeplaatst neemt de overlast en vervuiling enorm toe en de vrijgekomen plekken op Schiphol worden direct volgevlogen met grotere, dus meer vervuilende en herriemakende toestellen.
Het verdienmodel van de Schipholgroep deugt ook voor geen meter. Volgens de financiële Telegraaf lijdt de kernfunctie van de luchthaven verliezen. Dat vertelde een verslaggeefster bij Pauw, een aantal maanden geleden. Ze verdienen op hun vastgoed! Dat is een omgedraaide wereld. De groeiplannen zijn steeds een beetje een wedstrijdje ver-plassen van luchthavendirecties. Wie staat op de eerste plaats. Dat je dat doet met afbraaktarieven, waardoor je verlies lijdt doet er kennelijk niet toe. Men zou door een heel kleine verhoging van de luchthaventarieven bij passagiers en carriers direct enorme winstcijfers kunnen laten zien, zelfs bij de krimp van het aantal passagiers en vliegbewegingen. Dat gaat om een paar Euro per vlucht! Het gaat dus niet om winstmaximalisatie, zoals bij een ander bedrijf. Het gaat om wie heeft de grootste! Een cynische vorm van bedrijfsvoering.
Werkgelegenheid wordt vaak als argument gebruikt. Dat is een vals argument uit de mond van een ondernemer. Een bedrijf is geen werkgelegenheidsproject. Als dat zo was zou men niet voortvarend robotiseren en automatiseren. Ook zou men dan iedereen een mooi vast contract aanbieden. Dat gebeurt dus allemaal niet. Vooral de luchtvaartindustrie is steeds meer een sector geworden van uitbuiting, flexibilisering en flutcontractjes. Een bedrijf is gericht op het maken van winst. Personeel is een noodzakelijk kwaad, zoveel is duidelijk. Anders liepen onderhandelingen met vakcentrales wel soepeler. En als het even kan laat men personeel afvloeien.
Kortom, de luchtvaartindustrie is grosso modo een verlieslijdende maar onbeschofte buur. Een sector die hun vuilniszak met roet, fijnstof en lawaai bij de buren over de schutting gooit en zegt dat we ons niet moeten aanstellen. Dat is de omgedraaide wereld. De luchtvaartindustrie behoort heel netjes te vragen of ze onze leefomgeving mogen aantasten. Daar passen halve waarheden en hele onwaarheden niet bij.
Vooralsnog bedient de luchthavendirectie zich nog steeds van retorische trucjes en halve waarheden. Niets geleerd! Het Schiphollen gaat gewoon door!
Alfred Blokhuizen (woordvoerder luchtvaart PS Zuid-Holland 2007-2015)