Na deze week zijn de weekbladen Botlek 1 en Groot Nissewaard één. Dat de Botlek verdwijnt is een groot verlies, na tientallen jaren, maar onvermijdelijk. Nu dus samen verder! Wat ik ga missen is de superleuke, superscherpe en tot nadenken stemmende columns van collega en mijn grote voorbeeld Joop van der Hor.
Zolang ik me kan herinneren schreef hij zijn stukkies in de Botlek. Soms was ik slachtoffer van zijn vlijmscherpe pen. Maar ja, toen zat ik in de Gemeenteraad of Provinciale Staten en riep ik daar ook wel eens onbesuisde dingen, of zat ik er hopeloos naast met mijn voorstellen. Dan kon ik erop wachten dat hij me te grazen nam. Ik dacht altijd: ik zal er wel om gevraagd hebben. Volgende keer beter, want voor je het weet hebbie Joop achter je aan. Dat moet je niet hebben. Ik heb een reeks fijne bijnamen aan hem overgehouden of verborgen functies bekleed. Want creatief was hij daar ook wel mee. Voor je het weet figureerde ik in een schouwspel in de Gouden, uh sorry, 17e eeuw als hij weer eens iets wilde omschrijven. Ook kwam het voor dat ik als ridder werd afgeschilderd, maar ook als hofnar. Overigens was Joop zijn pen wel super scherp, maar hij doopte ‘m nooit in azijn. Dat maakte het wel dragelijk.
Het lijkt wel een in memoriam. Dat is het niet want Joop is springlevend. Alleen ga ik hem missen, als collega. Hoewel hij tegenwoordig zijn werkstukjes ook op de radio zelf vertelt op vrijdag en zondagavond (delateavond.nl).
Columnisten zijn heel belangrijk voor een krant, maar ook voor politici en anderen die vooroplopen. Ze houden hen, hartstikke scherp. Ze laten zien dat je iets heel anders kan uitleggen dan dat je eerst dacht. Alleen onsportieve en zure politici kunnen daar niet tegen. En het is ook een compliment als je wordt geplaagd, met naam en toenaam in de krant. Dan doe je er kennelijk toe.
Ik hoop dat Joop zijn ei kwijt kan, want daar hebben we allemaal wat aan. Maar intussen zeg ik: Joop, bedankt!