Alarm over tekorten bij de voedselbanken, maar het wegkijken gaat door

De laatste tijd verschijnen er berichten dat de voedselbanken problemen hebben met het verzamelen van voedingsmiddelen. Dat wordt steeds moeilijker vanwege minder verspilling bij fabrikanten en supermarkten. Maar ook het groeiend aantal mensen dat een beroep doet op de voedselbank zorgt ervoor dat het steeds lastiger wordt gezonde pakketten samen te stellen.

Ik stoor me enorm aan het debat over voedselbanken. Het gaat namelijk over de kwaliteit en hoeveelheid van wat mensen krijgen en helemaal niet over de oorzaak van de noodzaak van voedselbanken. We vergeten al te gemakkelijk dat, als deze vrijwilligersorganisaties er niet waren, honderdduizenden mensen, ook kinderen, honger zouden lijden in ons land….. ons steenrijke land. Een land waar mensen klagen dat ze door corona de komende winter niet met wintersport kunnen.

De voedselbank is nodig door een situatie die al zo’n jaar of twintig voortduurt en verslechtert door ontslagversoepeling, een kortere WW en het niet volledig indexeren van het minimumloon en toeslagen. Politici debatteren maar al te graag over de voedselbanken, in de zin dat de banken dus steun behoeven. Dat is een totaal foute discussie! Dit gaat al zes kabinetten lang zo.

Ik ben zelf 14 jaar vrijwilliger geweest bij onze lokale voedselbank. Ik heb de noodhulp zien groeien van 20 naar 350 getroffenen in mijn stad. In de regio zijn dat er nog veel meer. Ik heb gezien wat armoede met mensen doet. Ik vond het verschrikkelijk dat mensen in weer en wind in een rij moeten staan wachten voordat ze een voedselpakket meekrijgen. Wat een vernedering is dat, terwijl verreweg de allermeesten jarenlang werkten, bijdroegen aan de maatschappij en belastingen betaalden. Tegelijkertijd heb ik zeer grote bewondering voor de vrijwilligers van de voedselbanken.

Het onderliggende probleem kennen we. Dat is dat het minimumloon veel te laag is, de toeslagenregelingen veel te ingewikkeld en de overheid veel te hard is met boetes en maatregelen. Daarbij komt nog dat er een hoop mensen wegkijken van het armoedeprobleem. Altijd hebben ze wel wegkijkargumenten als “ze moeten gewoon aan het werk”, terwijl juist een flink deel gewoon werkt. “Hadden ze maar geen schulden moeten maken” is ook zo’n argument, terwijl juist de overheid, dus namens ons, mensen in de schulden stort door al die ingewikkelde regelingen. Het zijn regelingen die bewijzen dat het minimumloon niet toereikend is om van te leven.

Ik word dus knap nijdig als politici meehuilen met de wolven, als het over de voedselbanken gaat. Politici hebben de sleutel in handen om het probleem per direct grotendeels op te lossen. Verhoog de minimumlonen en stop met al die idiote regelingen, die ook nog leiden tot politieke en ambtelijke willekeur bij gemeenten en rijksoverheid.

Dus als u politici hoort over de noodzaak van voldoende voedingsmiddelen bij de voedselbanken, dan hoort u ze eigenlijk zeggen dat ze bewust wegkijken van hun verantwoordelijkheid. Dat de voedselbanken het moeilijk hebben ligt niet aan de voedselbanken of hun toeleveranciers, maar aan de weigering van politici om iets wezenlijks aan armoede te doen. Dat moeten politici, maar ook wij ons allemaal aantrekken.

Verschenen bij Joop van BNNVARA en Weekblad Groot Nissewaard

Dit bericht is geplaatst in Columns, Politiek. Bookmark de permalink.