Vliegen, een ‘vergeten’ één-eiige drieling

Luchtvaart is zwaar vervuilend. Het debat óver de luchtvaart is vaak sterk vervuild. Er worden trucs uitgehaald om de grote problemen te verhullen die de sector veroorzaakt voor de samenleving. In de discussie worden luchtvervuiling, lawaai, ruimtebeslag en economie steeds uit elkaar getrokken. Daarmee wordt de discussie onzuiver en onoverzichtelijk. En dat gebeurt niet per ongeluk.

Zo hoor je de politiek praten over minder lawaaiige vliegtuigen. Maar die zijn zeker niet minder vervuilend, misschien zelfs vervuilender. Minder vervuilende vliegtuigen maken op hun beurt niet per definitie minder herrie, mogelijk maken ze zelfs méér herrie.

De ene technische ontwikkeling wil niet altijd de andere een handje helpen. Overigens schreef dr Sjoerd Rienstra  van de TU Eindhoven al in 2001 (!) dat vliegtuigmotoren zo’n beetje zijn uitontwikkeld (*3).

Het is daarom zo raar dat de politiek en de luchtvaartsector maar blijven roepen dat het minder kerosine slurpend en met minder lawaai kan. En dat nog wel tegelijkertijd.

Luchthavens en luchtvaartmaatschappijen blijven desondanks roepen dat het allemaal beter wordt in de (verre) toekomst. Airbus, Boeing en Embrear hoor je er eigenlijk niet over in het debat. En als het over bio- en synthetische kerosine gaat hoor je Shell en Exxon niet.

Opmerkelijk toch? Want het is hun business. Zij zouden juist volop in de schijnwerpers treden als deze sprookjes een kern van waarheid zouden bevatten. Dat doen ze niet. Dat is logisch, want ze weten dat al dat optimisme onzin is en slechts een vertragingstactiek van de vliegsector.

Elektrisch vliegen op grotere schaal kan niet (*1 & 2), grootschalig biokerosine gaat niet en synthetische kerosine is veel en veel te duur. Op waterstof vliegen is evenmin een begaanbare weg. En men weet dat in de sector heel goed.

Dan is er ook nog de economie. Bij de economische waarde van de vliegindustrie  zijn vele vraagtekens te plaatsen. Het is een sector met een enorme overcapaciteit en verlieslatende prijzen. Dat helpt de economie dus niet.

Verder is het gebied dat onbewoonbaar wordt gemaakt door overlast- en milieu-effecten een nadelige post die in de miljarden loopt. Bewonersvereniging BTV-Rotterdam Airport presenteerde daarom het plan voor Rotterdam Central Park. Dat is voor de lokale economie een factor elf (!) beter dan het verlieslatende, veel overlast gevende en vervuiling veroorzakende vliegveld in onze stad.

De discussie moet over een andere boeg worden gevoerd: als de sector praat over minder vervuilende motoren moet direct ter sprake worden gebracht of die motoren dan ook minder lawaai opleveren en of die nieuwe motoren economisch haalbaar zijn.

Als de economie ter sprake komt, moet direct gevraagd worden of de vervuiling en het lawaai wel is meegenomen in het groeidenken. Immers, de extra kosten voor de volksgezondheid zijn hoog bij meer vliegverkeer.

En als vliegeniers het hebben over minder lawaai – wat volgens techneuten nauwelijks mogelijk is – moet direct de luchtkwaliteit en de economie in de discussie worden betrokken.

Zoals gesteld, de luchtvaartproblematiek is een één-eiige drieling, die opzettelijk uiteen wordt getrokken. En we weten het: meerlingen moet je niet uit elkaar halen. Dat zorgt voor heel veel problemen en verdriet.

Het is aan de journalistiek en het parlement om erover te waken dat we de drieling niet uit elkaar laten spelen, hoe groot die verleiding ook is voor de luchtvaartsector. Mensen houden van overzicht. Maar complexe problemen worden niet als vanzelf opgelost door ze op te knippen of door het ontkennen van natuurwetten.

*1 https://audiomack.com/delateavond/song/minister-zegt-elektrisch-vliegen-gaat-nooit-werken
*2 https://schipholwatch.nl/2020/06/21/het-sprookje-van-elektrisch-vliegen/
*3 http://www.win.tue.nl/~sjoerdr/rienstra-g-en-t.pdf
*4 Algemeen Dagblad 25-09-2020

Dit bericht is geplaatst in Columns, Luchtvaart. Bookmark de permalink.